Op school leer je bij biologie alles over het menselijk lichaam, maar daarbij wordt een eventuele ziel of geest buiten beschouwing gelaten. Dit om botsende meningen te voorkomen natuurlijk. Zo krijg je een geheel van plastische plaatjes en ongemakkelijke adviezen, over hoe je als tiener, of later in je leven, kunt doen wat je ouders ook doen, maar dan zonder de bijbehorende gevolgen. Zichtbare gevolgen heb ik het over want de onzichtbare gevolgen zoals gebroken harten en spijt zijn lastiger meetbaar en blijven buiten beeld.
Het lichaam laat zien, wat anders onzichtbaar blijft.
Deze uitspraak komt uit het boek De theologie van het lichaam van Paus JPII, waarin hij vanuit het oogpunt van de schepping een beeld schetst van het menselijk lichaam en de bijbehorende mannelijkheid en vrouwelijkheid. Hij beperkt zich niet tot het anti-ziekte- en anti-babyverhaal zoals de doorsnee biologieboeken, maar schetst een beeld van de man-vrouw-relatie zoals die door de eeuwen heen zichtbaar is geweest in huwelijk en gezin.
Ik hoop dat u (of jij) bij deze laatste twee woorden niet meteen de browser sluit. Deze woorden klinken voor sommigen misschien achterhaald en ouderwets. Maar zijn ze dat wel? Zoals ik laatst na een discussie met mijn tiener concludeerde, het zou handig zijn als we eenslachtig waren en onszelf konden voortplanten! Maar dat zijn we niet.
De theologie van het lichaam gaat over menselijkheid, over liefde, over zelfgave. Over 'liefde die zich verzet tegen het gebruiken' (p. 29).
Vorig jaar verscheen een nieuwe Nederlandse vertaling van De theologie van het lichaam. Daar ben ik nu mee aan het worstelen. Vooral met de inleiding van 125 blz (!), die ik eerst wilde overslaan. Hij is geschreven door een Franse filosoof en het was mij niet geheel duidelijk
- wie hij wel niet was en
- waarom juist híj de inleiding schreef.
Maar de ongelezen pagina's knaagden toch aan mijn geweten en zonder spijt heb ik ze inmiddels toch gelezen.
In de inleiding schetst dhr. Semen een beeld van het leven van paus JPII vóórdat hij paus werd. Zijn eerste boek, Liefde en verantwoordelijkheid, verscheen in 1960. Daarin introduceert hij drie belangrijke begrippen.
- De 'sponsale' liefde, de gave van zichzelf in het huwelijk.
- De personalistische norm, die stelt dat 'de persoon een goed is dat niet gebruikt kan worden'.
- Hij benoemt de liefde, en niet de voortplanting, tot de eerste norm van het huwelijk.
Even verderop benadrukt de paus dat 'de christelijke ethos gekenmerkt wordt door een transformatie van het bewustzijn en de houdingen van de menselijke persoon, zowel de man als de vrouw, in de mate dat ze de waarde van het lichaam en de seksualiteit tot uiting brengen en verwerkelijken volgens de oorspronkelijke bedoeling van de Schepper'. (p. 37)
Wat valt hieraan op?
- transformatie van het bewustzijn AI
- transformatie van de houdingen AII
- van de menselijke persoon P
- zowel de man als de vrouw PI en PII
- mate tot uiting brengen (waarde vh lichaam * seksualiteit) en
- mate verwerkelijken (waarde vh lichaam * seksualiteit)
- punt 4 en 5 volgens de oorspronkelijke bedoeling van de Schepper
Hier zie je al een voorproefje van wat dhr. Semen de circulaire wijze van redeneren noemt, die uniek is voor JPII. Je moet ervan houden en ik hou er heel erg van. Het ergert me ook wel een beetje moet ik bekennen, maar het dwingt je steeds dieper na te denken en staat je niet toe genoegen te nemen met 1+1=2.
Bewustzijn en houding worden getransformeerd (1-2).
In de mate waarin wij als man zowel als vrouw de waarde van ons lichaam en onze seksualiteit tot uiting weten te brengen en verwerkelijken (3-6).
Die ontwikkeling moet dan wel plaatsvinden volgens de bedoeling van de Schepper (7).
In de jaren '60 sprak deze paus dus al van zelfverwerkelijking en van 'transformatie van het bewustzijn'!
Toch heb ik de indruk dat de orthodoxen het niet orthodox genoeg vonden en de modernen niet modern genoeg.
Verder naar Theologie van het Lichaam deel 4.
Terug naar deel 1
Terug naar deel 2