'KOM', hoor ik vanuit de badkamer. Mooi, dan kan ik het schrijven van deze blog nog even uitstellen. Eerst moeten er tanden nagepoetst worden. In de badkamer vind ik BUD, met zijn tandenborstel in de hand. Hij had niet 'kom', maar 'oen' geroepen. Niet naar mij, maar gewoon 'oen maloen' want dat klinkt zo leuk. Of ik nog maar voor een keertje zijn tanden wil poetsen. Toen ik met de tandenborstel in de aanslag stond, riep hij 'zit er wel water op'? De eerste jaren van zijn bewuste poets-leven wilde hij per se géén water op de tandenborstel. Maar sinds enkele maanden wil hij dat wel. Altijd en in precies de juiste hoeveelheid. Dat vind ik wat overdreven. 'Je doet het maar zelf', zeg ik en neem weer plaats achter mijn toetsenbord. Geduld is niet weglopen. Niet boos worden. Je kind leren hoe hij zijn tanden poetst. Naast hem blijven staan en naast goed poetsen ook fatsoenlijk gedrag verwachten. Normen en waarden, Balkenende, met een eindeloz...
'Proeven deed ik jou en sindsdien dorst ik...'